Leeftijd | Mannen | Vrouwen |
---|---|---|
< 30 d | 4.00-6.00 x10*6/µL | 4.00-6.00 x10*6/µL |
30 d-3 md | 3.20-4.80 x10*6/µL | 3.20-4.80 x10*6/µL |
3 md-1 j | 3.60-5.20 x10*6/µL | 3.60-5.20 x10*6/µL |
1 j-12 j | 4.10-5.50 x10*6/µL | 4.10-5.50 x10*6/µL |
> 12 j | 4.50-6.50 x10*6/µL | 3.80-4.80 x10*6/µL |
Testindicaties
Het meten van het aantal erytrocyten in het bloed is essentieel voor het evalueren van hematologische parameters. Deze bepaling wordt doorgaans uitgevoerd als onderdeel van een volledig bloedbeeld bij de diagnostiek van onder andere vermoeidheid, anemie en malabsorptiestoornissen.
(Patho-)fysiologie
Erytrocyten worden geproduceerd in het beenmerg uit totipotente stamcellen die differentiëren in de erytropoëtische lijn. Tijdens de rijping synthetiseren deze cellen intensief hemoglobine en verliezen geleidelijk hun celorganellen. De laatste precursor, de reticulocyt, verliest zijn kern en behoudt slechts enkele mitochondriën en Golgi-apparaten. Na vrijlating in de circulatie verliezen reticulocyten binnen enkele dagen hun resterende organellen en rijpen ze tot volwassen erytrocyten.
Betekenis van het resultaat
De interpretatie van erytrocytenaantallen moet rekening houden met variaties door leeftijd, fysiologische toestand, zwangerschap, etnische afkomst en hoogte boven zeeniveau.
Verhoogde waarden (erytrocytose)
Verlaagde waarden (anemie)
Het is cruciaal om afwijkende erytrocytenwaarden te interpreteren in de context van klinische bevindingen en aanvullende laboratoriumresultaten om de onderliggende etiologie te bepalen en een passende behandeling te initiëren.